Afl. 309 Zo verlang je minder naar eten
Afvallen gaat vanzelf als je minder naar eten verlangt. Maar hoe werkt dit op een natuurlijke manier zonder injecties? In deze les schijn ik het licht op dit onderwerp.
Ik bespreek de vier domeinen die je invloed geven op je verlangen naar eten. Onderzoek wat je tot nu toe over het hoofd zag. Als je wil afvallen, stoppen met overeten of meer rust ervaren rond eetprikkels gaat deze les je helpen. Verlangen is gelukkig je eigen creatie. Ontdek dat er meer voor je mogelijk is dan je nu misschien denkt.
Luister naar deze waardevolle les en ga voor de volledige omschrijving naar https://etenslessen.com/zo-verlang-je-minder-naar-eten/
Ben je klaar voor blijvend gewichtsverlies? Meld je nu aan voor de wachtlijst van Etenslessen via https://etenslessen.com/wachtlijst
👉 Bestel hier jouw exemplaar van het boek Etenslessen: https://etenslessen.com/boek-etenslessen
🎧 Abonneer je op de podcast:
Spotify: https://etenslessen.nu/spotify
Apple podcast: http://etenslessen.nu/apple
⭐️⭐️⭐️⭐️⭐️ Waardeer je de podcast? Laat wat liefde zien en geef een vijfsterren review.
Transcript
Je luistert naar Etens Lessen, de podcast met Marjeen Amol en dit is aflevering 309.
Speaker A:Je luistert naar etenslessen, de podcast over afvallen zonder dieet en het creëren van een geweldige relatie met eten.
Speaker A:Mijn naam is Marjena Mol, ik ben je coach en ik introduceer je graag in mijn etenslessen.
Speaker A:Waardoor je ontdekt hoe je afvalt zonder dieet en een fantastische relatie met eten creëert.
Speaker A:Laten we beginnen.
Speaker A:Hoe verlang je nou minder naar eten?
Speaker A:Want verlangen wat er niet is, hoef.
Speaker B:Je ook niet te bedwingen of door je heen te laten gaan.
Speaker A:Dus laten we het daarover hebben.
Speaker A:Het is de makkelijkste weg.
Speaker A:Het heerlijkste, simpelste gevoel in blijvend gewichtsverlies.
Speaker A:Als je gewoon niet over eten nadenkt.
Speaker A:Toch?
Speaker A:Hoe is het met jou?
Speaker B:Hoe gaat het?
Speaker A:Hoe zit je erin vandaag?
Speaker B:Ik heb een heerlijke dag.
Speaker A:Echt een heerlijke dag.
Speaker A:En een van de dingen die ik vandaag zo goed voelde is dat mijn zoon onverwacht zei ik werk vandaag bij jullie als het goed is.
Speaker A:Aan tafel, aan de keukentafel met zijn laptop.
Speaker A:Hij begint binnenkort aan zijn eerste baan en wat hij nu nog doet is zijn baantje voor de tussenperiode tussen zijn studententijd en zijn werkende leven.
Speaker A:En hij is altijd van waar hart en welkom, net zoals mijn dochter.
Speaker A:Maar normaal gesproken heb ik een beetje de neiging om, nu ze niet meer thuis wonen, dan alles uit mijn handen te laten vallen.
Speaker A:Omdat ik zo blij ben dat ze er zijn en wil laten zien hoe ik dat waardeer.
Speaker A:Maar vandaag dacht ik, nee, nee, ik vind het heerlijk dat hij er is.
Speaker A:Maar ik wil ook lekker fietsen.
Speaker A:Ik wil ook naar buiten nadat ik heb gewerkt.
Speaker A:En voor mij is intuïtief werken een van de dingen waar ik ook een workshop over heb gegeven binnen Etenslessen.
Speaker A:Een van de vaste elementen geworden in mijn zelfzorg.
Speaker A:Hoe ik omga met die balans tussen werken, inspanning, werken en ontspanning.
Speaker A:is heel belangrijk voor me, heel belangrijk voor mijn welbevinden, ook omdat ik nog flink wat jaren wil blijven werken.
Speaker A:Dus dat moet goed voelen.
Speaker A:En intuïtief werken is een van de tools die ik daarvoor heb ontwikkeld.
Speaker A:En voor mij betekende dat dat ik wel wilde gaan fietsen, ondanks dat Camille langskwam.
Speaker A:Maar na dat fietsen, wat verrukkelijk was.
Speaker B:Echt de endorfine die strandde uit mijn.
Speaker A:Lijf, hebben we samen aan tafel gezeten en geluncht.
Speaker A:En hij zei, oh mam, als ik hier een paar weken niet ben geweest, dan mis ik het echt.
Speaker A:Wat is het hier toch fijn.
Speaker A:En dat vond ik zo heerlijk om te horen, omdat een van de dingen die heel belangrijk voor me zijn, is dat ik mijn kinderen absoluut niet wil claimen.
Speaker A:Ik wil ze nooit het gevoel geven dat ze naar huis moeten komen, dat ze er met de feestdagen moeten zijn, dat ik een belletje verwacht of een bezoekje verwacht.
Speaker A:Gewoon niet.
Speaker A:Die kinderen zijn er niet voor mij.
Speaker A:Maar als ze langs willen komen, dan is dat natuurlijk een bonus nu ze niet meer thuis wonen.
Speaker A:Als hij dit al zegt, van wat is het hier toch altijd fijn.
Speaker A:En als ik een paar weken niet ben geweest, dan vind ik het echt heerlijk en merk ik dat ik het heb gemist.
Speaker A:Dan denk ik wauw, wat is dat goed gelukt zeg.
Speaker A:Die connectie met elkaar, die verbinding, die warmte.
Speaker A:Je kan hier helemaal jezelf zijn.
Speaker A:Harmonie, gewoon fijn, heerlijk.
Speaker A:Dus ik ben en gaan fietsen en ik kreeg dit prachtige compliment.
Speaker A:Minder naar eten verlangen.
Speaker A:Hoe krijg je dat voor elkaar?
Speaker A:Ik geloof echt dat, zoals ik vroeger keek naar gewichtsverlies, toen ik nog dieten volgde, zag ik gewichtsverlies echt als iets wat je voor elkaar moest zien te krijgen door je verlangens te domineren.
Speaker A:Je verlangen naar eten te domineren.
Speaker A:En dat was ook wat er werd gezegd in de volksmond, toch?
Speaker A:Als je het maar graag genoeg wil, dan lukt het je ook.
Speaker A:Dus, waar een wil is, is een weg.
Speaker A:En dat verwees voor mij naar wilskracht.
Speaker A:Wilskracht, daarmee heb ik geen blijvend gewichtsverlies kunnen realiseren.
Speaker A:Puur op wilskracht vechten tegen mijn verlangen naar eten, mijn verlangen naar eten onderdrukken of het proberen te vermijden door eten te vermijden en situaties met veel eten te vermijden, was geen houdbare aanpak.
Speaker A:Sterker nog, mijn verlangen naar eten werd daar alleen maar groter van.
Speaker A:Dus in het oplossen van overeten onderzocht ik hoe ik ervoor kan zorgen dat ik minder naar eten verlang.
Speaker A:Want verlangen wat er niet is, hoef ik ook niet te bevechten.
Speaker A:Als er in de feestmaanden allerlei eetcues in de supermarkt liggen, de verluidingen van pepernoten en kerstbrood en alles wat je associeert met verwennerij en gezelligheid en jezelf wat gunnen.
Speaker A:Als dat niet aan mij trekt?
Speaker A:Als dat geen aantrekkingskracht op me uitoefent, is dat natuurlijk de gemakkelijkste manier om mijn relatie met eten zo in te kunnen richten als ik wil.
Speaker A:Een probleemloze relatie met eten te ervaren en het gewicht te kunnen hebben waar ik blij mee ben.
Speaker A:Wat lekker voelt.
Speaker A:Waar mijn lichaam goed op gaat.
Speaker A:Dat.
Speaker A:Dat allemaal bij elkaar.
Speaker A:Daarvan kon ik zien.
Speaker A:Ha!
Speaker A:Verlangen wat er niet is, hoef ik ook niet te bevechten.
Speaker A:Dus hoe fijn als ik niet naar eten verlang.
Speaker A:En hoe krijg je dat nou?
Speaker A:Voor elkaar.
Speaker A:Ik geef hier een aantal voorbeelden die alle drie in een verschillend domein zitten.
Speaker A:Eén zit in het domein van je denken, het andere in het domein van je lichaam en het derde in het domein van je gevoelsleven.
Speaker A:En ik zal ze één voor één bespreken.
Speaker A:Allereerst kijk ik naar je denken.
Speaker A:Heel veel verlangen naar eten creëer je door je denken.
Speaker A:Het merendeel zou ik willen zeggen.
Speaker A:Het merendeel van je verlangen naar eten wordt in je denken geactiveerd.
Speaker A:Je denken kan zo geautomatiseerd raken, zo goed geoefend worden, dat het zich als het ware buiten je bewustzijn afspeelt.
Speaker A:Er is een prikkel.
Speaker A:die een gedachte activeert over eten, maar jij hebt dat niet in de gaten.
Speaker A:En daarom is het zo belangrijk, zoals ik in mijn boek Etenslessen aan je uitleg en ook voorbeelden van geef, dat je je denken naar je bewustzijn haalt.
Speaker A:In dat boek leg ik ook uit hoe ik dat zie en hoe je dat doet.
Speaker A:Het is belangrijk dat je je denken naar je bewustzijn haalt, want goed geoefende, geautomatiseerde gedachten worden zo vluchtig Dat ze aan je bewustzijn ontsnappen.
Speaker A:Maar dat betekent niet dat je ze niet naar je bewustzijn kan halen.
Speaker A:Het is cruciaal dat je dat begrijpt en daar gebruik van gaat maken.
Speaker A:Want dat geeft je een hele grote sfeer van invloed.
Speaker A:Zodra je de vluchtige, geautomatiseerde gedachten die je nu niet meer opmerkt naar je bewustzijn haalt, kan je ze gaan beïnvloeden en veranderen.
Speaker A:Ik wil je drie voorbeelden geven van gedachten die je verlangen naar eten kunnen activeren en je daarmee in de weg zetten.
Speaker A:De eerste gaat over afhankelijkheid, gedachten van afhankelijkheid, de overtuiging dat je eten nodig hebt.
Speaker A:Nu heb ik het niet over eten wat je nodig hebt omdat je honger hebt, maar eten wat je nodig hebt om je staande te houden.
Speaker A:Dus als je bijvoorbeeld gestrest bent, gefrustreerd bent of heel veel weerstand voelt tegen een taak die je jezelf hebt gegeven, dan kun je een gedachte hebben zoals ik heb dit nu gewoon even nodig.
Speaker A:Ik heb dit nu gewoon even nodig of ik kan niet zonder.
Speaker A:Ik kan dit alleen als ik nu iets te eten pak, is een overtuiging die je verlangen naar eten natuurlijk in stand houdt en die de suggestie wekt dat dat eten daar iets voor jou doet.
Speaker A:Waardoor jij die vervelende taak kan doen.
Speaker A:Waardoor jij je frustratie de baas kan.
Speaker A:Waardoor jij je stress kan reguleren.
Speaker A:En daar ga ik straks nog iets over zeggen, als het over je gevoelsleven gaat.
Speaker A:Maar deze gedachte houdt je verlangen naar eten, je ongewenste verlangen naar eten, in stand.
Speaker A:Dus als je minder naar eten wil verlangen, zal je deze gedachte willen aanpassen.
Speaker A:Een andere gedachte is een gedachte van verheerlijking.
Speaker A:Het verheerlijken van eten.
Speaker A:Zoals...
Speaker A:Ja, maar zonder iets lekkers erbij is het niet gezellig.
Speaker A:Of...
Speaker A:Ik wil wel kunnen genieten.
Speaker A:Zonder dit erbij is het minder gezellig.
Speaker A:Zonder dit erbij kan ik minder genieten.
Speaker A:Deze gedachte van verheerlijking, het verheerlijken van eten, houdt het idee in stand dat genieten zonder dat lekkers erbij niet voor je mogelijk is.
Speaker A:Ook hier vertel je jezelf iets wat je in de weg zit.
Speaker A:Als je minder naar eten wil verlangen, vrij wil zijn van overeten, blijvend gewichtsverlies wil realiseren, wil je deze gedachte gaan aanpassen.
Speaker A:Een derde voorbeeld is een gedachte van risico.
Speaker A:Als ik dit nu volhaal, gaat het goed.
Speaker A:Ik wil het vandaag niet verpesten.
Speaker A:Het gaat op dit moment mis.
Speaker A:Dit moet nu stoppen.
Speaker A:Dit zijn allemaal gedachten die gaan over het risico van aankomen, het verlangen naar afvallen.
Speaker A:En het zijn gedachten die spanning produceren tussen jou en eten.
Speaker A:Gaat allemaal over risico denken en het goed willen doen met eten en het goed willen doen met jouw proces van gewichtsverlies als je wil afvallen.
Speaker A:Gedachten van afhankelijkheid, het verheerlijken van eten en risicodenken vanuit het idee angst voor aankomen en verlangen naar afvallen zijn alle drie categorieën die jouw aandacht nodig hebben.
Speaker A:Je vertelt jezelf daar iets wat je niet helpt en wat je verlangen naar eten aanwakkert, terwijl dat nou net is wat je niet wil.
Speaker A:Niet in de maten die je wil.
Speaker A:Ik heb het hier niet over nooit meer naar eten verlangen.
Speaker A:Ik heb het hier over minder naar eten verlangen.
Speaker A:En alleen naar eten verlangen op de momenten dat dat voor jou ook echt wenselijk is.
Speaker A:Dus het idee is dat je jouw gedachten, jouw gedachtenwereld zo gaat inrichten dat jouw verlangen naar eten daarmee wordt opgeleind op een manier die jou het resultaat geeft wat je wil.
Speaker A:Dat wat jij omschrijft als een fijne relatie met eten, een gezonde relatie met eten, een vrije relatie met eten, een zorgeloze relatie met eten, maar net hoe jij het kwalificeert.
Speaker A:waarmee je uitkomt op het gewicht wat jij prettig vindt voor jouw lichaam, waar jij je lekker bij voelt, waarvan jij zegt, ha, dit is precies hoe ik voel dat het bij me past.
Speaker A:Dit is precies hoe ik voel dat mijn lichaam een weerspiegeling is van de vitaliteit die ik ambieer, waar ik me lekker bij voel.
Speaker A:Nu klopt het voor mij.
Speaker A:Met het kijken naar je gedachten, het naar je bewustzijn halen van al die snelle geautomatiseerde gedachten, van je huidige relatie met eten, als je nu nog niet met eten omgaat zoals je wil, dat is hier een enorme krachtpatser.
Speaker A:Dit maakt een gigantisch verschil.
Speaker A:Als je er meer over wil weten, lees me een boek.
Speaker A:En als je zegt ik wil hier begeleiding in, ik wil verder, ik wil een diepduif doen en mezelf echt een mentale make overgeven en ik wil daar begeleiding bij, kom bij etenslessen.
Speaker A:Maar dit is het eerste domein, het kijken naar je denken en je denken aanpassen.
Speaker A:Het tweede domein gaat over je lichaam.
Speaker A:Er zijn twee dingen die een belangrijk verschil voor je gaan maken als je minder naar eten wil verlangen en die specifiek gaan over je biochemie, over je fysiologie, hoe je lichaam functioneert.
Speaker A:De eerste is zorgen dat je veel verschillende nutriënten binnenkrijgt.
Speaker A:Biodiversiteit maakt je lichaam kalm.
Speaker A:En ik weet uit ervaring dat hoe je met eten bent opgevoed is heel gemakkelijk ook hoe je erin blijft hangen.
Speaker A:En daarmee kan je onderschatten hoeveel er voor je verandert in je verlangen naar eten als je heel divers gaat eten.
Speaker A:En daar zit in het Engels een hele mooie, ik kan het trouwens in het Nederlands vertalen, mooie slogan voor en die heet Eet de regenboog.
Speaker A:Hoe meer verschillende kleuren je eet uit de natuurlijke planten en vruchtenwereld, de natuurlijke wereld, hoe meer je lichaam in rust komt.
Speaker A:Noten, vruchten, zaden, verschillende kleuren fruit, verschillende kleuren groente, rood, oranje, geel, groen.
Speaker A:Hoe diverser je eet en door al die kleuren, je bord als het ware aan te kleden met regenboog, zit je waarschijnlijk al helemaal goed.
Speaker A:En merk je dat je lichaam een voldoening voelt, die niet alleen te maken heeft met het idee van vol zitten, genoeg massa in je maag hebben, maar ook met het kunnen aanvinken van alle nutriënten die je hebt binnengekregen.
Speaker A:En als je lichaam al die nutriënten kan aanvinken, komt er een rust in je systeem.
Speaker A:In de jaren, nu heb ik het echt over toen ik, nou ergens in mijn tienertijd en jongvolwassen tijd, toen ik nog zo vaak leefde op bruine boterhammen met kaas, een blikje Cola Light en een appel.
Speaker B:Het was zo moeilijk voor mijn lichaam.
Speaker A:Om zich kalm en in harmonie te voelen, omdat er zoveel was wat ik niet had.
Speaker A:Ik kon vroeger kiezen, weet je, wil.
Speaker B:Je een boterham met zoet, wil je.
Speaker A:Een boterham met hartig en dan at je jam en dan at je kaas.
Speaker A:En dat was het dan.
Speaker A:Nu, in vergelijking met nu, hoe mijn bord er nu uitziet, alle verschillende kleuren, texturen, smaken die er op mijn bord te vinden zijn.
Speaker A:Ik heb daar weinig van nodig.
Speaker A:Echt.
Speaker A:Omdat mijn lichaam al zo snel voldoening voelt.
Speaker A:Alles is afgevinkt.
Speaker A:En dat geeft rust.
Speaker A:Wat daarnaast rust geeft, is het reguleren van suiker.
Speaker A:Het reguleren van het soort suiker wat jouw brein in de war maakt en je beloningssysteem je genotsucht te hoog inregelt.
Speaker A:En dat zal je herkennen als een bosbes flauw van smaak vinden en pas merken dat je iets zoets eet als het bijvoorbeeld chocopasta is of pepernoten is.
Speaker A:Je hebt daarmee jouw beloningssysteem zo opgeschroefd dat het eten van puur eten een beetje laf smaakt, een beetje saai is.
Speaker A:Er is weinig aan.
Speaker A:Omdat je staat ingesteld op een smaakbeleving die kunstmatig zo geïntensiveerd is dat de balans eruit is.
Speaker A:En dan merk je dat je heel gevoelig reageert op signalen van beloning van dit soort voedsel.
Speaker A:Dus je loopt door de supermarkt en je gaat aan bij het zien van de pepernoten, je gaat aan bij het zien van de zoutjes en het snoep.
Speaker A:En dat komt omdat je beloningssysteem zeg maar te hoog staat opgeschroefd en uit zijn natuurlijke marge is geraakt.
Speaker A:Nou, om te zorgen dat je minder naar eten verlangt, beveel ik je aan om dat eerst in je gedachten te veranderen.
Speaker A:om pas van daaruit iets met je lichaam te doen.
Speaker A:Want anders doe je dat op wilskracht en vertel jezelf als ik minder naar eten wil verlangen, dan mag ik dit dus niet meer eten en dan zit je weer in een dieet.
Speaker A:Dan zit je weer in iets wat je jezelf verbiedt en dat gaat niet voor je werken.
Speaker A:Maar, dit is dus wel een van de elementen die het heel gemakkelijk voor je maken om een lichaam te hebben wat niet zo snel reageert op dat wat je nu nog misschien een verleiding noemt om je heen, dat kan volledig doven.
Speaker A:En dat is vaak een van de dingen waar we enorm naar verlangen.
Speaker A:Je wil niet alleen gewicht verliezen, en een gewicht hebben waar je ontzettend blij mee bent, waar je je lekker bij voelt, en de energie hebben waar je je lekker bij voelt, maar je wil ook geen last hebben van een hoofd wat de hele tijd om eten zuurt.
Speaker A:Dit zijn twee manieren waarmee je het op het lichamelijke en neurologische niveau, dat wat zich in je brein afspeelt, kan inregelen op een manier dat je zegt, ik verlang echt veel minder naar eten.
Speaker A:En moeiteloos.
Speaker A:Er is geen verlangen wat ik hoef te onderdrukken.
Speaker A:En mijn eten smaakt me zo lekker.
Speaker A:En ik voel me daarna zo verzadigd.
Speaker A:En zo voldaan.
Speaker A:Mijn maaltijden zijn echt verrukkelijk.
Speaker A:En ik overeet er niet op.
Speaker A:Dat heeft hiermee te maken, op het lichamelijke niveau.
Speaker A:Dus we hebben het nu gehad over je gedachten, we hebben het gehad over je lichaam en dan kijk ik nu als derde belangrijke domein naar je gevoelsleven.
Speaker A:Als je andere, betere vormen van zelfzorg ontwikkelt die te maken hebben met je gevoelsleven, met het begeleiden van jezelf in je leven van alle dag, zal je merken dat er heel veel over eten verdwijnt en je minder naar eten verlangt.
Speaker A:En de zelfzorg waar ik het nu over heb is het begeleiden van je zenuwstelsel als je wat geraakt bent, verslagd bent, uit je kalme doen bent en je gehaast voelt en opgejaagd voelt of wat verloren voelt.
Speaker A:Er zijn veel ongemakken die op het hele spectrum van je gevoelsleven zitten waar eten vaak je labmiddel is geworden.
Speaker A:De gemakkelijke manier waarmee je jezelf reguleert, oppept, kalmeert, even afleidt van de dingen die je dwars zitten.
Speaker A:En dat is heel menselijk.
Speaker A:Het is zo volkomen logisch dat je dat patroon hebt ontwikkeld omdat eten dichtbij was in je vormende jaren, toen de begeleiding op dit stuk waarschijnlijk ontbrak.
Speaker A:Niemand in mijn programma heeft ouders die.
Speaker B:Konden begeleiden in het verkennen van je emotionele spectrum en jezelf daarin opvangen.
Speaker B:Er werd meestal gezegd je moet niet zeuren, maak je nuttig, je hebt niets om over te klagen, wat piep je nou, loop me niet voor de voeten, wat wil je, je ziet dit verkeerd.
Speaker B:Al die verschillende manieren, ook daar heb ik over geschreven in mijn boek.
Speaker B:Dit is onbedoeld een pitch voor het boek aan het worden, maar het is ook echt een dijk van een boek.
Speaker B:Dus als je dit goed wil gaan begrijpen, lees het vooral.
Speaker A:Maar hier heeft iedereen in etenslessen iets in te leren en te ontwikkelen.
Speaker A:En ik denk jij ook.
Speaker A:Dat is mijn aanname.
Speaker A:En een van de dingen die je in mijn programma leert en die je hier nodig hebt, is het verkennen van jouw zelfzorg.
Speaker A:Hoe ziet jouw zelfzorger uit?
Speaker A:Mijn zelfzorg was vroeger niet anders dan mijn dieetplan hebben en ergens in de toekomst een keer een strandwandeling inplannen met een vriendin of een middag naar de sauna.
Speaker A:En dat was dan mijn quality time, mijn tijd om mezelf een beetje te pamperen.
Speaker A:Maar wat kan je daarmee op een dinsdagochtend om 10 uur als je ineens schrikt van iets belangrijks wat je bent vergeten?
Speaker A:Daar heb je zelfzorg, vaardigheden voor nodig die laagdrempelig zijn.
Speaker A:In mijn programma leer je om jouw rattenpark in te plannen.
Speaker A:En dit is misschien interessant voor je om een keer op te zoeken.
Speaker A:De psycholoog Bruce Alexander deed een prachtig onderzoek waarin hij verslaving bestudeerde door de ratten in zijn laboratorium te laten kiezen tussen het drinken van water of water wat was aangelengd met suiker of morfine, weet ik niet meer.
Speaker A:En die ratten raakten allemaal verslaafd aan dat suikerwater en lieten in het water liggen totdat Bruce iets inrichtte voor die ratten wat hij zijn rattenpark noemde.
Speaker A:Het was zoals het ware de Efteling of Disney World voor ratten.
Speaker A:Hij gaf die ratten alles in dat park om hun natuurlijke gedrag mee te kunnen vertonen.
Speaker A:Dus kruipen, wegen creëren, nesten bouwen, elkaar ontmoeten, graven, verkennen.
Speaker A:En wat gebeurde er?
Speaker A:Die ratten konden nog steeds kiezen tussen gewoon water drinken of suikerwater of morfinewater, wat het was.
Speaker A:En wat gebeurde er?
Speaker A:Ze dronken liever water.
Speaker A:ondanks die verleiding van dat waar ze een kik van konden krijgen.
Speaker A:Ze hadden geen belangstelling voor die kik.
Speaker A:Dus als jij nu kijkt naar jouw leven en je afvraagt, hé, hoe ziet mijn rattenpark eruit?
Speaker A:Hoe fijn maak ik mijn leven van alle dag?
Speaker A:Dan zul je zien dat als dat een kaalslag is, waar weinig te vinden is, waar niets laagdrempeligs tot je beschikking staat, of waar jij jezelf geen toestemming voor geeft?
Speaker A:Dan is eten de next best thing.
Speaker A:En dan zul je merken dat je meer naar eten verlangt dan je eigenlijk wil.
Speaker A:Dan ben jij die rat die voor dat suikerwater kiest, omdat je in een kaal kooitje leeft.
Speaker A:Er wordt niet voor jou gezorgd, voor jouw welbevinden gezorgd.
Speaker A:Je hebt geen milieu voor jezelf gecreëerd waar jij je goed in kan voelen, in de mogelijkheden die je hebt om je zelfzorg vorm te geven.
Speaker A:En nu heb ik het over de dingen die je fijn vindt, de dingen die je helpen ontspannen en rusten en plezier maken.
Speaker A:Maar ik heb het nu ook over de vormen van zelfzorg die je helpen om je systeem te reguleren.
Speaker A:Dus dat gaat niet zozeer over iets leuks voor jezelf mogen doen, want dat is niet waar je de energie voor hebt als je heel erg moe bent of wat je als prettige ervaart als je gestrest bent of je heel gejaagd voelt.
Speaker A:Dus het maatwerk leveren in jouw rattenpark, in je zelfzorg, is heel belangrijk.
Speaker A:En daarmee gaat het emotie-eten verdwijnen.
Speaker A:En tot slot als laatste, en dan ga ik nog wat dieper op je hele systeem in, is het heel belangrijk, heel belangrijk voor blijvend gewichtsverlies, dat jij jezelf toestemming gaat geven om je hele zelf te mogen zijn.
Speaker A:En dit is vaak een blinde vlek.
Speaker A:Omdat je in je vormende jaren stukken van jezelf verdrongen hebt, hebt weggeduwd, gesensureerd.
Speaker A:Er stukken van jezelf zijn waar je misschien om werd bekritiseerd of afgewezen of verstoten.
Speaker A:Je bent dat uiteindelijk zelf gaan doen, je hebt dat geautomatiseerd.
Speaker A:En in het oplossen van overeten worden die stukken in jou zichtbaar.
Speaker A:En dat is zo mooi van de reis die je in mijn programma maakt, waarbij we dat allemaal bij elkaar brengen, waardoor er een milieu wordt gecreëerd voor jou, waarin die delen zichtbaar worden, worden uitgenodigd en jij er makkelijk toegang tot krijgt, zodat je kan afwegen.
Speaker A:Ah, wacht even, ik leer mezelf nu beter kennen.
Speaker A:Ik leer mezelf op een dieper niveau kennen.
Speaker A:En het oplossen van overeten is daarvoor de ingang.
Speaker A:Dat blijvend gewichtsverlies wat niet meer terugkomt, dat is de ingang.
Speaker A:Dus je creëert een relatie met eten die jij fantastisch vindt, zodat eten geen probleem meer is in je leven.
Speaker A:En op de diepste laag daarin, in de relatie met jezelf, ontdek je...
Speaker A:Oh, wacht even.
Speaker A:Ik mocht nog niet mijn hele zelf van mezelf zijn.
Speaker A:Ik mag alleen in bepaalde relaties of in bepaalde situaties een bepaalde versie van mezelf zijn.
Speaker A:En dat zit me hier nog in de weg.
Speaker A:Hoe komt het bij je binnen als je er zo naar luistert, dat je weet...
Speaker A:Oh, wacht even.
Speaker A:Er is mijn denken.
Speaker A:Er is mijn voeding.
Speaker A:Er is mijn gevoelsleven en hoe ik daarvoor zorg en mijn hele zelf kunnen zijn.
Speaker A:Wat ik zo mooi vind als je misschien ooit op dat punt bent beland dat je denkt ik ben gewoon een hardnekkige val of er is iets mis met mij.
Speaker A:Weet dan, een probleem laat zich pas oplossen nadat het eerst is begrepen.
Speaker A:En hiermee zeg ik tegen jou, er is met jou niets mis.
Speaker A:Je bent heel, je bent compleet, je bent fantastisch en je bent voor een deel nog onontdekt door jezelf.
Speaker A:In de dingen die je denkt, onbewust, die je hebt geautomatiseerd.
Speaker A:In wat je lichaam je kan vertellen over voeding, over de manier waarop je voor jezelf zorgt, waar nog veel in te ontdekken is, en in wie jij helemaal bent als je je hele zelf mag zijn.
Speaker A:En dan weet ik, dan weet ik, dat je minder naar eten verlangt.
Speaker A:Als je dit bij elkaar brengt, deze domeinen aandacht geeft, daar je onderzoek naar doet, en je stappen inzet, dan merk je dat er steeds meer situaties zijn waarvan je zegt Normaal gesproken had ik nu gegeten.
Speaker A:O, nu was ik zeker naar de keuken gelopen.
Speaker A:O, dit was het moment dat ik eerst even was gaan eten, voordat ik dat ene ding ging doen.
Speaker A:Dit was het moment waarop er iets in mijn mandje was beland in de supermarkt, waarvan ik later denk waarom begon ik dat nou te eten.
Speaker A:Ik had het in de auto op weg naar huis, begon ik al van te eten.
Speaker A:Sloeg nergens op.
Speaker A:Het sloeg wel ergens op.
Speaker A:En dat ontdek je als je deze reis maakt.
Speaker A:Als je deze verkenning doet.
Speaker A:Zoek hem op, dat onderzoek van Bruce Alexander.
Speaker A:Je kan hem vastvinden op YouTube.
Speaker A:Ik ben er volgende week weer.
Speaker A:Ik wens je een heerlijke dag.
Speaker A:Op 3 december gaat Etenslessen weer open voor deelname.
Speaker A:Kom erbij als je zegt, ik wil dit helemaal aflopen.
Speaker A:Wens je een heerlijke dag.
Speaker A:Tot gauw.
Speaker A:Dus als je meer wilt dan alleen theoretische kennis, gaat mijn boek je daar zeker bij helpen.
Speaker A:Ga naar mijn website en vraag daar jouw gratis e-boek aan.
Speaker A:Je vindt deze via etenslessen.com.
Speaker A:etenslessen.com.